Rob De Nijs - Jan Klaassen De Trompetter
Jan Klaasen was trompetter in het leger van de Prins
Hij marcheerde van Den Helder tot Den Briel
Hij had geen geld en hij was geen held en hij hield niet van het krijgsgeweld
Maar trompetter was hij wel in hart en ziel
Het leger sloeg z'n tenten op voor Alkmaar in 't veld
En zolang geen vijand zich liet zien was iedereen een held
De kroeg werd als strategisch punt door 't hoofdkwartier bezet
De officieren brulden:"Jan, kom speel op je trompet!"
Ze werden wakker in de goot in de morgen kil en koud
Maar Jan Klaasen sliep in de armen van de dochter van de schout
(refrein)
De Prins sprak op inspectie tot de majoor van de compagnie
"Ik zag hier alle stukken wel van mijn artillerie.
Ja, zelfs dat kleine in uw kraag en dat blonde in uw bed.
Maar waar zit dat stuk ongeluk van een Jan met z'n trompet
En niemand die Jan Klaasen zag die bij de stadspoort zat
En honderd liedjes speelde voor de kinderen van de stad
(refrein)
Jan Klaasen zei:"Vaarwel mijn lief, ik zie je volgend jaar.
Wanneer de lente terugkomt dan zijn wij weer bij elkaar."
De winter ging, de zomer kwam, de oorlog was voorbij
Maar het leger is nooit teruggekeerd van de Mokerhei
Geen mens die van Jan Klaasen ooit iets teruggevonden heeft
Maar alle kinderen kennen hem; hij is niet dood, hij leeft!
(refrein)
Hij had geen geld en hij was geen held en hij hield niet van het krijgsgeweld
Maar trompetter was hij wel in hart en ziel
De tekst op de grafsteen luidt,
'Eenen moordenaar van Bredae' vermoordde hem met zijn eigen 'pertye'. Jan Claesen heeft 'zyn bloet onschuldich gestort' na die steken, vertelt de mossige grafzerk. In moeilijke stukjes en beetjes. De wind heeft de letters vervlakt, scheuren doorklieven de tekst. Regendruppels zijn samen een plasje boven 'sonien onderganck'.
De Geschiedenis van Jan Claesen "de Trompetter"
Volgens een overlevering was Jan Claesen (†1634) een trompetter in het leger van Frederik Hendrik (1584 -1647), die later met zijn vrouw Katrijn poppenkastvoorstellingen gaf. Naar aanleiding hiervan ontstond het lied ″Jan Klaassen de Trompetter″ van Rob de Nijs, dat in 1973 populair was. Het graf van deze trompetter wordt thans in Andel aangewezen.
Hoewel, vast staat niet dat die Jan Claesen de trompetter was. Maar het verhaal is mooi.
Het was 's avonds 'ontrent sonien onderganck'. Toen die donderdagavond, toen de zon onderging, werd Jan Claesen 'geplondert' en 'vermoort'. Deze avond speelt de wind om de oude kerktoren met de stenen spits. Het is guur. Een blaadje danst nog even in de wind, valt dan midden op de grafzerk. 'Hier leyt begraven Jan Claesen', vertellen de uitgehouwen letters. De bewoonde wereld van Andel is dichtbij en veraf tegelijk, daar op het oude kerkhof. Het is stil. Het was in 1634 dat Jan Claesen werd vermoord, op 8 oktober. Bruut moet het zijn gebeurd. 'Eenen moordenaar van Bredae' vermoordde hem met zijn eigen 'pertye'. Jan Claesen heeft 'zyn bloet onschuldich gestort' na die steken, vertelt de mossige grafzerk. In moeilijke stukjes en beetjes. De wind heeft de letters vervlakt, scheuren doorklieven de tekst. Regendruppels zijn samen een plasje boven 'sonien onderganck'.
De grafzerk van Jan Claesen in Andel was in ieder geval niet de inspiratie-bron toen Lennaert Nijgh het liedje schreef waarmee Rob de Nijs in 1974 de hitparade beklom. "In het radio-programma 'Wie weet waar Willem Wever woont' is hem ooit die vraag gesteld. Hij zei dat hij nog nooit van Andel had gehoord. Dus laat staan dat de grafzerk hem tot het liedje had geïnspireerd."
Een goede reden was er om destijds in het radio-programma Jan Claesen de hoofdrol te laten spelen. In Woudrichem was een beeldje gekomen van Jan Claesen, een cadeautje van de Rotary ter verfraaiing van de vesting. En dat beeldje was ontvoerd. De dader van de ontvoering in nieuwjaarsnacht van 1980 is nooit gevonden. Wel kreeg de gemeente een brief, uit Andel, met de boodschap:
'Jan Claesen hoort in Andel'. En op de oude kerktoren bij het kerkhof kwam een bord met de leus: 'Jan hoort hier'. Reacties kwamen er op het programma. Bijvoorbeeld van een man uit Utrecht. Die beweerde dat Jan Claesen inderdaad trompetter in het leger van de prins was geweest. Maar dat hij was ontslagen en uiteindelijk met een poppenkast door het land ging trekken om toch aan de kost te komen, samen met Katrijn.
Frederik Hendrik Jan Claesen moet trompetter zijn geweest in het leger van Frederik Hendrik, de jongste telg van Willem van Oranje en zijn vierde vrouw Louise de Coligny. De tachtigjarige oorlog was al zestien jaar aan de gang toen Frederik Hendrik werd geboren. Hij vestigde naam als 'stedenbedwinger' door de geslaagde belegeringen van bijvoorbeeld Den Bosch, Maastricht en Breda. Het waren succesvolle krijgsondernemingen, met een trompetter die de commando-signalen blies.
Het leger van de prins is wel in het Land van Altena geweest. Streekarchivaris Ton van der Aalst in Heusden: "Maar in 1629 zette het leger nadat Den Bosch was gevallen meteen verder koers naar het zuiden. In de buurt van Andel had het leger dus niet veel meer te zoeken toen in 1634 Jan Claesen werd vermoord. En trompetters waren juist nodig op de plekken waar werd gevochten." De streekarchivaris durft er geen slag naar te slaan hoe het verhaal over Jan Claesen die trompetter was in het leger van de prins is ontstaan. "Het is gewoon een verhaal, zoals er zo veel verhalen zijn. Ik zou niet weten wie het de wereld in heeft gebracht. Trouwens, ik zal de laatste zijn die zou zeggen dat mensen niet mogen fantaseren."
Zijn trompet zwijgt al 400 jaar en zijn grafsteen scheurt. CDA gemeenteraadslid Ad de Graaf wil dat de grafsteen van 'De trompetter van de Prins' in Andel wordt gerestaureerd,na veel gelobby is de steen sinds februari 2014 gerestaureerd en kan er weer jaren tegen.
zie hier zijn verhaal op omroep Brabant
Lees verder >>
Het voormalige kapelletje van de Romboutstoren is in 2013 gerestaureerd en gaat dienst doen als 'Jan Claesen huis'